Door Yasmijn Jarram

Marie Aly’s zeer kleurrijke schilderijen komen voort uit een werkproces waarin intuïtie de hoofdrol speelt. Zonder vooraf bedachte opzet komen de afgebeelde taferelen en personen spontaan naar boven tijdens het schilderen. Om op gang te komen vindt Aly concrete motieven en thema’s in tijdschriften, op platenhoezen of in andere media. Een soms vrij specifiek onderwerp en formele principes als kleur en compositie bepalen de verdere ontwikkeling van het beeld. Omdat Aly niet met voorafgaande schetsen werkt, dragen haar schilderijen elk een eigen geschiedenis van schilderkundige mogelijkheden en beperkingen in zich - van meerdere verflagen en dikke lijnen tot extreem uitgewerkte details.

Haar personages beeldt ze van dichtbij af, of ze plaatst hen in fictieve droomwerelden die doen denken aan de exotische landschappen van Henri Rousseau en Paul Gaguin. Vaak getuigen de figuren van een zoektocht naar androgynie: mannelijk wordt vrouwelijk, en andersom. Ze vinden hun oorsprong in de wereld van hoge en lage cultuur, in de kunstgeschiedenis of in Aly’s dagelijkse omgeving.

Ook religieuze referenties vallen op, door duidelijke symbolen als kruizen en aureolen, en door beeldverwijzingen naar religieuze kunst als die van de vijftiende-eeuwse schilder Matthias Grünewald. Aly is zichtbaar gefascineerd door (hedendaagse) iconen. Het is niet alleen de religieuze traditie ervan die haar interesseert, maar ook de dubbelzinnigheid: de manier waarop het alledaagse en het goddelijke samensmelten in één beeld. Aly speelt hiermee door begrippen als aura, inspiratie en het sublieme in haar schilderijen op losse schroeven te zetten.