Door Yasmijn Jarram

De meestal kleurrijke schilderijen en tekeningen van de vroeg gestorven Erik Andriesse kenmerken zich door een enorme levendigheid. Hierbij diende de natuur als belangrijk uitgangspunt: met name bloemen waren een door hem geliefd onderwerp. Zonnebloemen, amarylissen, lelies, magnolia’s, papavers en orchideeën: ze lijken van het doek te spatten. Andriesse had veel bewondering voor kunstenaars als Picasso, Dürer en Verster, door wie hij zich liet inspireren en uitdagen.

Andriesse’s oeuvre kent ook een wat donkerder laag. Naast uitbundige bloemen zijn soms ook schedels, dieren en (dier)skeletten te vinden in de werken. Het doet denken aan zeventiende-eeuwse Vanitas-schilderijen, die het verstrijken van de tijd en vergankelijkheid symboliseerden. Uiteindelijk was voor Andriesse de visuele beleving echter belangrijker dan het verkondigen van een boodschap of vertellen van een verhaal. Het interesseerde hem meer hóe hij schilderde, dan wát hij schilderde.