Door Yasmijn Jarram

De spaarzaam ingekleurde inkttekeningen van Habima Fuchs (pseudoniem van Astrid Sourkova) lijken rechtstreeks uit het verre verleden te komen. Ze staan vol middeleeuwse religieuze verwijzingen, hiërogliefen, totempalen, primitieve patronen en mythologische dieren als slangen, draken, vogels en leeuwen – of fabelachtige samensmeltingen tussen mens en dier. Hun intentie en aard zijn onduidelijk: zijn het vriendelijke wezens of agressieve monsters?

De meerduidige relatie tussen mens, dier en natuur is een belangrijk thema in Fuchs’ werk. Behalve tekeningen maakt ze ook keramische sculpturen waarin deze thematiek centraal staat. Regelmatig onderneemt de kunstenaar lange (pelgrims)tochten door diverse landen. De natuurlijke elementen waarmee ze tijdens deze reizen wordt geconfronteerd, zoals wind en water, zijn terug te zien in haar werk. Vaak omgeeft Fuchs deze natuurlijke fenomenen met een zweem van mystiek.

Fuchs gebruikt al deze ingrediënten voor het scheppen van geheimzinnige, soms apocalyptisch ogende oerwerelden, waarin goed en kwaad naast elkaar bestaan. Want hoewel de fantasierijke tekeningen aanvankelijk naïef en kinderlijk overkomen, getuigen ze vooral van een zoektocht naar goed en slecht. Fuchs vervaagt de grens tussen droom en nachtmerrie en laat de uiteindelijke interpretatie over aan de kijker.