In de uitbundige, wrang-humoristische tekeningen en installaties van Andrew Gilbert figureren soldaten, krijgers en veldheren uit het koloniale tijdperk. Gilbert karikaturiseert herkenbare personages uit de Westerse beschaving door ze te mengen met geesten uit oude primitieve culturen. Op die manier probeert hij de hedendaagse werkelijkheid te verlaten en zich te verplaatsen in het negentiende-eeuwse Britse koloniale landschap. Hij verdiept zich grondig in historische oorlogen en identificeert zich met grote leiders als Shaka Zulu en Gordon van Khartoum. Daarnaast schept hij fictieve leiders en goeroes, zoals de Holy Brocoli uit India.
Toch gaat Gilberts werk verder dan dit soort grappige vondsten. Met het weergeven van historische gebeurtenissen verwijst en zoekt Gilbert naar parallellen met conflicten in onze tijd. Al tijdens zijn studie raakte Gilbert geïnteresseerd in de primitieve kunst, met name de reactie daarop van Europese kunstenaars als Ernst Ludwig Kirchner en Emil Nolde. Ook klassieke oorlogsfilms als Zulu (1964) vormen een grote inspiratiebron. Naast Kirchner en Nolde zijn acteurs Michael Caine en Ingrid Pitt dan ook terug te zien in veel tekeningen, evenals zangeres Nina Simone, die in de gedaante van een godin alle primitieve stammen van Europa vernietigt.
In zijn vaak omvangrijke installaties combineert Gilbert Europese militaire kostuums met tribale kunst, en dan vooral met Afrikaanse fetisjbeelden; talismannen afkomstig uit de Voodoo-cultuur. Gilbert ziet dergelijke representaties van religieuze of mystieke energie bijvoorbeeld terug in de Bijbelse werken van de vijftiende-eeuwse schilder Rogier van der Weyden. Op deze wijze legt hij verbanden tussen Europese tradities en Afrikaanse primitieve rituelen.